Antifascisten bestrijden extra eer voor ’oorlogsmisdadigers van het KNIL’

Ambonese militairen eren die dienden in het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL)? ,,Ze moeten juist vervolgd worden. Het zijn oorlogsmisdadigers”, stelt de Bussumse woordvoerder Arthur Graaff van de AFVN-Bond van Antifascisten, mede namens drie andere organisaties.

67 jaar na hun komst naar Nederland krijgen de laatste nog levende militairen die dienden in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) een extra officieel blijk van waardering van het Ministerie van Defensie. Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht (IGK) Hans van Griensven organiseert volgende maand een officiële ontvangst. Medailles worden aangevraagd voor degenen die nog niet de medailles hebben waarop zij recht hebben. Dat geldt ook voor de veteranenstatus.

De actiegroepen proberen sinds gisteren de officiële ontvangst van de Ambonezen tegen te houden. ,,Dat is heel erg kort door de bocht”, zegt hoogleraar Fridus Steijlen. Hij is als hoogleraar Molukse migratie en cultuur verbonden aan de Vrije Universiteit van Amsterdam en deels werkzaam bij het Leidse Koninklijk Instituut van Land- Taal- en Volkenkunde. ,,Naar aanleiding van eerdere studies heb ik 35 Molukse KNIL-militairen opgespoord. 19 waren er nog aanspreekbaar. Sommigen hadden alleen wacht gelopen, anderen hadden wel confrontaties meegemaakt, op Sumatra en Java. Wat de Molukkers precies gedaan hebben blijft vaag. Ambonezen en andere groepen zaten in de frontlinies. Die oefenden vaak directer persoonlijk geweld uit. Ook bij acties waren er verschillen tussen deelnemende eenheden, waarbij de ene groep wel heeft huisgehouden maar de andere niet.” Steijlen vindt dat de KNIL-militairen, net als de KL-militairen, niet over één kam geschoren mogen worden.

Molukkers beschouwen de aanstaande ontvangst als een erkenning. Steijlen denkt dat niet iedereen erop zit te wachten. ,,De KNIL-militairen zijn al geëerd met onder andere de Rietkerkmedaille in 1986 en sindsdien een jaarlijkse uitkering van 900 euro, gebaseerd op een retourtje Molukken. Sinds twee jaar is een delegatie Molukse KNIL-militairen aanwezig bij de herdenking van de opheffing van het KNIL. Mensen vergeten dat alles. En er zijn er die het onvoldoen

de vinden.” Steijlen vindt dat er nu onnodig onrust ontstaat. ,,De oudjes zijn meer gebaat bij cultuurgebonden zorg. Die willen dat het goed gaat met hun kleinkinderen. Dan was hun ellende niet voor niets.”

Bron: Leidsch Dagblad